Koudekerke

Wezen

Hem ben ik in half mijn wezen 

In heel mijn zijn ben ik zijn zoon

Het leek mij lang vooral gewoon

Maar sinds ik voor zijn dood moet vrezen

Mis ik zijn warme lijf vaak even 

Dat lijf is er nog niet geweest

Steeds meldde zich de dood weer aan

En heb ik naast zijn bed gestaan

Maar nog liet hij mij onverweesd

Simpel, door rustig verder leven

◉

Slangenburg

De golf

Luister en het lijkt een golf te zijn.

Die golf spoelt over een leeg strand.

Geen zwarte rots of zacht wit zand maar een kust uit grijze keien.

De rand van een land al lang verloren, verlaten.

Het volk ging er vandoor.

Of,

Een golf loopt langs een lage kaai.

Een passerend schip dat hier eens meerde.

Maar nooit terugkeerde naar waar nu de hekgolf gaat.

En de kade even raakt. 

Of,

Een golf waadt langs een kale oever,

Op dijken stroef in stuiten van geschuimde koppen

maar wiegend water leidend naar de zoute zee,

die het voelen in haar bekken.

Zo’n golf zou het kunnen zijn.

Maar dat is het niet. 

Een wagen raast over een rechte weg.

Ik hoor hem gaan. 

En zie, het is een Golf. 

◉

Den Haag

Un Grand Depart

Materie en energie denderen uit elkaar

Waarna een-en-ander elkander vindt in sterren

Welke de prut tot protonen plakken

En H's, C's, Li's, Si's, N's en O's rond kotsen

Die dan tot in duos en trios klonteren

Steeds groter en ronder worden ze en

Deze sferen balanceren dansend in hun banen

Waar H's en O's klotsend de zeeën vullen

Waar Si's en O's de volle stranden zullen zijn

Voor C's en H's en O's om op te slapen

Of te zien
Wat hierboven is geschreven

◉

Cuperly

De Korenkathedraal

De boer bad in de Korenkathedraal
De Koning om de grootste oogsten ooit
"Vermenigvuldig ons, oh Vorst, oneindigmaal
De gouden granen hier door ons verstrooid"

En het goud groeide als nooit te voren
Het land liep over van het graan
Je kon des Konings twijfel horen
"Wie zal het koren kopen gaan?"

Op de velden groeiden grote golven
Een maalstroom van het gulle graan
Onder goud raakte de boer bedolven
En koning Midas liet geen traan

◉

Semide

Korenkerk

De reiziger
Hij kijkt opzij over het Franse land

Waar halmen overhellen van de korrels op hun kop
En zwaaien naar de Korenkerk wat verderop
Onder de wolkenzon vullen ze aren en ook kolven
Bedelven hellend land onder een choreo van golven

De reiziger,
Die ziet het niet en hapt in zijn croissant

◉

Amsterdam

De Jaren

Achter mij daar ligt "De Jaren"

En voor mij de twee waterwegen

Met kringen van de zachte regen

En strepen van het harde varen

De Amstel en een anonieme gracht

De man vraagt: "Wat had u gedacht?"

Ik denk: "Wil hij dat echt wel weten?"

Bestel een thee en kopje twee

Zo heb ik daar een uur gezeten

De knopen werden traag ontward

De toekomst is dat uur gestart

Voor mij liggen nu de jaren

(Na twee thee kan ik er weer tegen)

De jaren zal ik later wegen

Nu zal ik ze vooreerst ervaren

◉

Schiphol

Onboarding

In het gras, daar staat de zware man

Hij moet daar zijn, staand met de benen licht gespreid

Omdat hij zag dat het daar wezen kan

De modder, die kruipt langzaam op

Hij stopt het tigste dropje in zijn kop

Hoe zwart de zwaarte van het hoofd bestrijdt

En in gedachten grijpt hij naar de schop

Hier tilt hij straks de wereld op

◉