Boezem
De verdampte zee valt op het veen
Stroomt zouteloos naar flauwe laagte
Maar het water wast, mijn lief, met graagte
Je moet echt ergens anders heen
De regen slaat de kont van 't vee
En vult de sloten tot de rand
Ik sta hier aan de waterkant
En pomp het water terug naar zee
"Laat staan dat water" schreeuwt mijn schat
De tranen stromen van haar wangen
Ik wil ze met mijn handen vangen
Het land moet droog, het is te nat
De boezem voert het water af
Ik zie een lichtstraal door de wolken
Het vee wordt morgen weer gemolken
Stil lopen we het dijkje af
Geen opmerkingen:
Een reactie posten